ridderroman in de westelijke nederlanden, delft om precies te zijn, leefde in 1499 een erg ongelukkige jonkvrouw. zij was de dochter van de graaf van deze mooie stad en nog maar net achttien, maar zeer begaafd. jonkvrouw lisette had vlak na geboorte haar moeder verloren. om dit verlies te compenseren had haar vader haar vervolgens alle vrijheden toegestaan die een vrouw zich over het algemeen niet kon veroorloven. zij had leren lezen en schrijven van de beste leraren die er op het hof verbleven, maar daar bleef het niet bij. haar vader had haar ook laten onderrichten in de mathematica en de astrologie en lisette mocht alles bestuderen waar zij interesse voor had. zo kwam het dat zij op haar achttiende al als een wijze vrouw werd beschouwd. nu had lisette echter een leeftijd bereikt waarop het gebruikelijk was te trouwen. de jonkvrouw had echter nog nooit interesse in mannen getoond en haar vader begon zich ongerust te maken. hij begon plannen te smeden om een geschikte man voor haar te vinden en lag nachten lang wakker. toen hij er echter niet uitkwam besloot hij het probleem maar gewoon voor te leggen aan jonkvrouw lisette. hij had haar immers op laten voeden tot een verstandige vrouw en misschien zag zij zelf wel een oplossing voor dit probleem. de graaf vroeg haar of lisette al een toekomstig echtgenoot in gedachten had. lisette had nog nooit over mannen nagedacht. wel als leraar natuurlijk, maar dat waren altijd van die gerimpelde, grijze opa's. aan mannen als echtgenoten had zij nog nooit gedacht. wel over gelezen natuurlijk, maar zelf hoefde ze er geen. toch drong haar vader erop aan hem binnenkort haar ideeen over dit onderwerp duidelijk te maken, want lisette was zijn enige dochter. de graaf wilde niet dat het kasteel naar een van zijn neven zou gaan, want dat waren onopgevoede en verkwistende jongelui. lisette dacht na over mannen als echtgenoten, maar kon niet tot een besluit komen. 's zondags ging zij naar de kerk en smeekt daar god om raad. omdat lisette altijd een gelovige jonkvrouw was geweest besloot god haar te hepen. hij stuurde haar een visioen en zei tot haar dat zij een schaakwedstrijd moest organiseren. degene die haar zou kunnen verslaan de juiste man voor haar zou zijn. alleen een intelligente echtenoot zou haar gelukkig kunnen maken. lisette dankte god voor zijn hulp en rende terug naar huis. daar legde zij het idee voor aan haar vader die er direct mee instemde. hij organiseerde een groots schaaktoernooi en stuurde boodschappers naar alle uithoeken van het land. omdat de jonkvrouw niet alleen bekend stond om haar scherpe geest, maar ook om haar stralende schoonheid. het bericht van dit originele toernooi werd dus met veel enthousiasme ontvangen door de jonge edelmannen. tevens trok dit toernooi ook veel oude edelmannen, die dachten dat zij in een toernooi als dit nog wel een kansje maakten om een jonge blom te veroveren. zij dichtten zichzelf misschien nog wel meer kans toe dan de jongeren. toen de dag van het toernooi was aangebroken zag en in delft zwart en wit van de schaakborden. de deelnemers moeste het eerste tegen elkaar opnemen, en de twee winnaars mochten daarna tegen jonkvrouw lisette spelen. aan het eind van de middag was het bekeken. de twee overgebleven mannen waren jonker klaas uit groningen en jonker johan van utrecht. klaas had geen kasteel, maar een herenboerderij in het noorden van groningen en elf kinderen. johan was een knappe en goedgebouwde jongeman uit het bruisende utrecht met vrolijke ogen en een veelbelovende mond. jonkvrouw lisette had het snel bekeken. zij liet zich schaken door johan en trouwde de volgende dag al met hem. jonker johan kwam op het kasteel in delft wonen en na een aanvankelijk goede start van hun huwelijk begon er steeds meer wrijving te ontstaan. in het begin hadden de jonggehuwden erg veel plezier met elkaar. zij lagen dagen in bed en gingen samen naar banketten en feestjes. dit begon na een tijdje steeds minder te worden. johan zat liever in de kroeg dan thuis met zijn vrouw te schaken en kwam steeds later thuis. lisette mocht niet meer studeren van hem, maar moest het huishouden gaan doen omdat zij immers een vrouw was. het enige dat lisette echter nooit had geleerd was het huishouden doen en dat wilde zij ook helemaal niet leren. toen johan hele nachten wegbleef, begon lisette te vermoeden dat hij er een andere vrouw op nahield. de jonkvrouw begon hem steeds meer te haten. zij had nooit tegen gods wil in mogen gaan door vals te spelen met het potje schaak. nu zat ze opgescheept met een man die haar niet begreep en haar dingen liet doen die ze niet wilde. dankzij een vroegere cursus alchemie wist lisette jonker johan te vergiftigen zonder dat iemand er iets van merkte. toen hij op een dag dood in zijn bed werd gevonden ging iedereen er gewoon vanuit dat hij wel weer teveel gedronken zou hebben. deze keer was het hem fataal geworden. lisette liet hem begraven, pakte haar koffers en ging naar groningen. jonker klaas ontving haar met open armen. hij bracht haar naar zijn bibliotheek en pakte zelf haar koffers uit. toen de jonkvrouw weer wat was bijgekomen van de reis, stelde hij haar voor aan al zijn kinderen. bij klaas kreeg jonkvrouw lisette de tijd om te studeren, te spelen met zijn kinderen en zelf ook nog eens zes kinderen. zij besloot nooit meer gods goede raad te negeren en stierf op honderd-en-twee jarige leeftijd.