zwarte weduwe de straten weerkaatsten het licht van de straatlantaarns als in iedere nacht. in de struiken rondom het torenhoge erasmusgebouw waar het overdag bruist van het jonge studentenleven ritselde vannacht wel erg veel gedierte. in alle onsmakelijke soorten en maten krioelden en woelden ze door het al dagen rottend vlees van een levenloos mensenlichaam. niemand had kunnen of ook maar enigszins willen vermoeden wat zich hier enkele dagen geleden had afgespeeld. niemand had het gedempte geschreeuw van deze man gehoord. niemand kon hem te hulp komen in zijn laatste helse uren op onze aarde. hoewel...door diezelfde nacht fietste in het aardedonker een lichtbundel, wiens identiteit nooit aan het licht zou moeten hebben kunnen komen, ware het niet dat deze een teken van zijn aanwezigheid achterliet. een aanwijzing. niet te verwarren ultrasonique-clean resten in de klonterige modderpoel vlak naast het ongelukkig slachtoffer. en de beschuldigende vinger van comissaris kinder wees direct in de richting van interieurverzorger ernst-jan. men reageerde alom geschokt, niet minder geschokt dan bij het horen van de moord- ja want dat was het- op professor pullaert. ook deze keer zag het wrange lot zich weer genoodzaakt een parel in onze samenleving uit het land der levenden weg te rukken. wie hield niet van de liefste, meest meelevende en hoogst intelligente vriend en docent van de katholieke universiteit nijmegen. wie zou hem ooit willen.....vermoorden. ernst-jan was niet minder geliefd. de verblufte studenten en docenten bleven sprakeloos achter toen de zwaar beijzerde politiewagen hem meevoerde, afvoerde. naar het bureau, waar comissaris kinder niet kon wachten hem onderhanden te nemen. de schoonmaakmiddelresten van het niet licht te verkrijgen franse merk waren onmiskenbaar aangetroffen in de interieur verzorgerstrolley en of dat al niet voldoende was ook in kledingstukken van de verdachte. de verdachte die al veroordeeld was voor hij ook maar een woord in zijn verdediging had kunnen uiten. en als het aan kinder lag zou dat ook niet meer mogen, tot er een verschrikte secretaresse zijn bureau binnen kwam rennen. comissaris, gauw, u moet komen! er werd net gebeld......een vrouwenstem...gauw! het was nog niet uitgespoken of kinder stond al voor de verdwaasde jonge vrouw. vertel op, wat zij ze. in de audiokamer op het politiebureau klonk de kille, blikken vrouwenstem. net te laat had de secretaresse de taperecorder aan weten te zetten, nu werd het voor de vijfde maal afge speeld. of net op tijd, want op de achtergrond hoorde kinder deze laatste maal een geluid dat hij nu pas kon thuisbrengen; de even zijn gedachten ontglipte klanken van een koekoeksklok! geen seconde te verliezen, gauw naar het huis waar hij diezelfde middag nog een krijsende weduwe had gecondoleerd, maar niet ondervraagd. in de razende auto onderweg naar huize pullaert overdacht kinder de woorden van het telefoongesprek. niets te danken, pullaert verdiende de dood was alles wat ze zij. maar hoe kon zijn eigen vrouw hem ooit, en op zo gruwelijke wijze, om het leven brengen. deze zaak werd meer en meer een raadsel. toen hij en vier agenten voor de deur stonden viel kinder ineens op dat er een onopvallende gestalte het huis in de gaten leek te houden. terwijl hij en twee van de agenten het huis binnentraden stuurde hij de anderen er op af. je wist maar nooit. mevrouw pullaert bleek al gauw van het verdachtenlijstje geschrapt te kunnen worden. nooit bestond er zo n geweldig actrice of ze was nog altijd in zware shock. nee, deze vrouw kon het niet geweest zijn. ze was immers ook veel te zwak voor het uitdelen van de talloze knuppelslagen die haar man hadden vermorzeld. maar bij het slaan van twee koekoekskreten kwam kinder weer tot de conclusie dat het telefoontje toch echt vanuit dit huis moest zijn gepleegd. tijd voor overpijnzing werd hem echter niet gegund, want daar ging de deurbel. zijn man nen, met tussen hen in een vrouw. een vrouw...de vrouw? de dame weigerde te spreken, wellicht om herkenning van haar stem te vermijden? direct naar het bureau, waar ze na uren ondervragen eindelijk na uren zwijgen in snikken uitbarstte. nu zou hij de dader krijgen, wist kinder uit ervaring. haar bekennen zou niet lang op zich laten wachten. maar ook hier weer een dood spoor. zij bleek de maitresse van onze blijkbaar toch iets minder heilige professor. net voor de moord had hij beloofd van zijn vrouw te zullen scheiden en met haar te vluchten. al jaren hadden zij een verhouding. ze werkten beiden aan de erasmusuniversiteit en hadden elkaar zo onopvallend vaak kunnen zien. weer brak ze in snikken uit en kinder wilde haar verder met rust laten toen een van de agenten die haar hadden opgepakt door begon te vragen. heeft u als docent aan de universiteit toegang tot de poetskasten? ja was eruit voor ze goed en wel besefte wat ze zei... ultrasonique-clean !! maar dit was te vroeg gejuicht, de vrouw bleek een alibi te hebben voor de bewuste dag en mocht minuten later, samen met de ten onrechte beschuldigde ernst-jan het gebouw verlaten. geen tijd voor verontschuldigingen, de zaak moest worden opgelost. een nieuw spoor. ondervraging van de studenten door een ander onderzoeksteam bracht de rechercheurs naar de enige student die in de week voor de tragische dood woorden had gehad met pullaert; diederik. natuurlijk ontkende deze alles, maar tevergeefs. de weduwe pullaert herinnerde zich ineens weer dat deze jongeman eens bij hen thuis was geweest en dat zij en haar man toen een dag lang hun reservesleutel kwijt waren geweest. toen deze de volgende dag toch weer gewoon op de vertrouwde plek lag hadden ze er niet meer bij stilgestaan, maar dit was tijd genoeg om een duplicaat te laten maken! en ja, de jongen sloeg door en bekende alles, ook het telefoongesprek dat de comissaris op een dwaalspoor had moeten leiden. de zaak was gesloten. en niemand zag op de gang diederiks vriendin gemeen gniffelen en even later op haar zwarte weduwe stappen, op weg naar huis.